Willem Jan Kamphuis en Chatrina Kamphuis-ten-Klij

1978

Via kleindochter Marja Hietbrink-Kamphuis uit Apeldoorn kwam ik aan onderstaand verhaal over haar grootouders Willem Jan Kamphuis (1896 – 1991) en Chatrina Kamphuis-ten-Klij (1893 – 1979) wonende aan de Spoorlaan 1 in Epe.

In 1978 was de familie Kamphuis 60 jaar getrouwd, en vierden zij hun huwelijksfeest in restaurant Stern in Epe. De heer Willem Jan Kamphuis is maar liefs 94 jaar oud geworden, en als “echte” Epenaar geboren op de boerderij De Horst nabij het Kanaal. Hij bezocht de Dorpsschool, tot zijn negende jaar, want toen ging het gezin verhuizen naar de buurtschap Herkelo bij Zwolle. Na schooltijd werd de heer Kamphuis boerenknecht, en later melkboer tot hij in 1917 “aan het spoor” kon komen als spoorwegwerker. Zes jaar werkte hij op het emplacement in Zwolle, daarna aan de lijn Zwolle-Almelo tot overplaatsing naar Apeldoorn volgde. In 1931 kwamen de heer en mevrouw Kamphuis naar Epe en van hieruit werkte hij nog jaren als ploegbaas in Markelo, Hengelo en Apeldoorn. Leuk om te vermelden is dat wanneer de trein te vroeg bij de overweg in Epe arriveerde Willem Jan Kamphuis snel even thuis een bakje koffie ging drinken. Ook de zoon Hans Kamphuis die af en toe mee reed met de trein, vertelde dat dit regelmatig voor kwam, (hij zal een jaar of acht zijn geweest) om even een glaasje limonade te drinken en een koekje te nuttigen. In die tijd kon dat allemaal nog.

De levensloop van mevrouw Kamphuis die 86 jaar oud is geworden, is nog veel nauwer met het spoor verweven. Zij werd in een spoorweghuisje geboren, omdat haar moeder spoorwegwachteres was woonde zij haar hele leven in zo’n dienstwoning. En toen haar moeder met pensioen ging als spoorwegwachteres nam zij dat over. Het was geen “druk werk”, want normaal waren de spoorwegbomen dicht; slechts als er een paard-en-wagen of een sporadisch auto langs moest, werden de bomen opengedraaid. Om na de pensionering van haar moeder toch in het spoorweghuisje (nr. 8) te kunnen blijven wonen, trouwden de heer en mevrouw Kamphuis. Mevrouw Kamphuis had als spoorwegwachteres recht op bewoning van het huis. Een hele verandering was de overplaatsing naar de Soerenseweg in Apeldoorn, waar de spoorbomen over maar liefs vier overwegen handmatig bedient moesten worden. Mevrouw Kamphuis heeft toen wel eens gedacht “dat leer ik nooit” en heeft wel eens de zenuwen gekregen om alles op tijd dicht en open te krijgen. Het spoorwegwachteres zijn van mevrouw Kamphuis – s’ avonds nam haar man het werk over – betekende voor de heer Kamphuis wel dat hij geen ploegbaas kon worden, want die combinatie binnen een huwelijk mocht niet bij de NS. Pas toen in 1972 in Epe de trein verdween, kon de heer Kamphuis de functie van ploegbaas gaan uitoefenen.

Ondanks het tijdrovende werk bij het spoor hadden de heer en mevrouw Kamphuis nog best tijd voor deelname aan het verenigingsleven. Mevrouw Kamphuis was lid van de zangvereniging ONA, en van de PvdA-vrouwenbond. De heer Kamphuis was actief als vakbondsman en zette zich in voor de plaatselijke PvdA. Hij was ook een vervent lezer van de “rode” Volkskrant en het Vrije Volk. Tevens was hij jarenlang bestuurslid en penningmeester (1938 – 1975) van de Eper VARA-afdeling. Later ging de VARA-afdeling op in de Apeldoornse sectie.

Op 2 september 1887 werd op aandringen van koning Willem III de spoorlijn Apeldoorn-Epe-Heerde-Hattem aangelegd. In datzelfde jaar kwam ook het Eper station gereed, aan het Stationsplein. De spoorlijn liep enerzijds vanuit Epe naar Het Loo, waar de reiziger kon overstappen op een treintje naar het station Apeldoorn. Anderzijds kon men van Epe naar Hattem reizen, waar de lijn doorgetrokken werd naar Hattemerbroek, alwaar overgestapt kon worden op de trein naar Zwolle. Een retourrit Epe-Apeldoorn kostte toen ƒ 1,15.

De spoorlijn werd ook wel het "Baronnenlijntje" genoemd, omdat de burgemeesters van de aanliggende gemeenten meestal baronnen waren en een financieel aandeel hadden geleverd voor de aanleg van het lijntje. De lijn Het Loo-Hattem werd geëxploiteerd door de Hollandse IJzeren Spoorweg Maatschappij (H.IJ.S.M.)De Eper spoorlijn was geen lang leven beschoren. Door de opkomst van de bus als openbaar vervoermiddel ging in de jaren twintig het reizigersaantal snel achteruit. Op 7 oktober 1950 maakte "de boemel" zijn laatste rit en had dus 63 jaar gelopen. Besloten werd dat er vanaf 1950 alleen nog goederentreinen zouden rijden.

In 1972 kwam ook hieraan een einde. Het spoorwegstation in Epe ging in januari 1969 tegen de grond. De spoorrails werden in 1976 opgebroken, om plaats te maken voor een prachtig toeristisch fietspad. De rails en de bielzen werden door de firma Van der Worp uit Almelo opgebroken. De rails werden door de NS verkocht aan Koeweit. De heer Willem Jan Kamphuis was de laatste machinist die de trein over de spoorwegovergang bij Epe stuurde.

Er hebben naderhand verschillende families in het spoorweghuisje gewoond, momenteel woont de familie Bos op deze mooie plek. Het spoorhuisje is altijd nog een pracht juweeltje als je vanaf Heerde ons mooie dorp Epe binnenkomt.

Scan20130-88c54421.jpgScan20130-88c54421.jpg
Dit item is op woensdag 18 november 2009 aan de online collectie toegevoegd.

Kernen

Veluwse plaatsen

Nieuw