Foto 1. Een prentbriefkaart van Molen "de Vlijt".
Uitgave: Leo Uylings, Epe. No. E38
Gelopen: Ja.
Postzegel: Cijfer 1,5 cent, donkerblauw.
Dat ons prachtige dorp vroeger een molen had zullen velen onder u niet meer weten. Persoonlijk herinner ik mij alleen de fundering die in een wijde cirkel zichtbaar was gebleven en de grote houtzaagschuur met op het terrein de vele ongezaagde bomen. De molen die in het kadaster van 1830 wordt genoemd als molen “de Vlijt” lag aan het begin van de Officiersweg maar in die jaren heette het nog de Vlijtweg.
De molen heeft vele eigenaren gehad, en eigenlijk teveel om allemaal op te noemen. In 1902 werd Jhr. Gerrit Willem van der Does de eigenaar van de molen en het graanpakhuis. Op 18 november 1902 vraagt hij een vergunning aan voor het plaatsen van petroleummotor van 10 pk. Deze motor heeft waarschijnlijk een vonk veroorzaakt waardoor de riet gedekte molen op 20 februari 1903 geheel afbrandde. Jonkheer van der Does zag de bouw van een nieuwe molen blijkbaar niet meer zitten, en verkocht de molen aan zijn knecht G.W. Dommerholt die een nieuwe molen liet bouwen.
Vervolgens kocht Jan Poll Jonker uit Wissel korenmolen “de Vlijt” in 1904 voor zijn zoon Gerrit Ariën. Nadat hij op 8 mei 1907 trouwde kwam de molen geheel in zijn bezit. In 1907 besloot Gerrit Ariën om de korenmaalderij op te heffen en er een houtzagerij van te maken. Er wordt op 25 augustus 1917 een vergunning aangevraagd voor het plaatsen van een cirkelzaagmachine, en men schakelt over op een loonzagerij. De loonzagerij kreeg het steeds drukker, en men doet op 15 juli 1919 een aanvraag om toestemming voor een aanbouw van de molen. In die aanbouw wordt dan een sledezaagraam geplaatst. De petroleummotor wordt op 17 oktober 1924 vervangen door een elektromotor van 25 pk.
In datzelfde jaar draaien de wieken van de molen af. Eén wiek valt door het dak van de zagerij, een boer die zich daar met paard en wagen bevond kreeg de schrik van zijn leven, het paard sloeg namelijk gelijk op hol. G.A. Poll Jonker vraagt dan in november 1926 een vergunning aan voor het plaatsen van een uitzichttoren een zogenaamde Belvedère. Hij krijgt toestemming en er wordt een uitzichtplateau op de molenromp geplaatst. De molen wordt in 1936 gedeeltelijk afgebroken, en in 1953 volgt de rest, alleen de fundering blijft zichtbaar.
In 1954 gaat het bedrijf op in de vof. Houtzagerij en Houthandel ‘de Vlijt’. De broers Aart en Jan Poll Jonker zijn de firmanten. Omdat er binnen de familiekring geen echte opvolging aandient besluiten Aart en Jan in 1974 te stoppen met de houtzagerij. De terreinen en zagerij worden in 1975 verkocht als bouwterrein voor moderne woningen. De woningen werden gebouwd als een leerlingenbouwproject door de bouwcombinatie NOBERCOM, een combinatie van de bouwbedrijven Van Norel uit Epe en Berkhoff uit Oene. Vandaag de dag doet de naam Vlijtweg ons nog altijd herinneren aan Molen “de Vlijt’. Eigenlijk is het doodzonde dat de molen ter ziele is gegaan. Net als de "Daamsmolen" in Vaassen en Molen "Werklust" in Oene had er in Epe nog best een mooie molen mogen staan.
Foto 2. Is een Groet uit EPE van 10 augustus 1920, en wel van de Vlijtweg. U moet deze prentbrieffoto zien vanaf de kruising Bloemstraat, (Verlengde Bloemstraat) Hoge Weerd met de Officiersweg, met rechts duidelijk zichtbaar Molen "de Vlijt". De Officiersweg heete toen nog gewoon Vlijtweg.
Uitgave: Nauta, Velsen, No. 8371
Gelopen Ja.
Postzegel: Nee.
Foto 3. Is ook weer zo'n sfeerbeeld van de molen. Met opgebonden rogge.
Uitgave: H. Schurink.
Gelopen: Nee.